Homo-stellen doen alles om hun kinderwens te kunnen vervullen, zo suggereert Dorien Pessers.

Date: 1997-09-26
Pessers overschreeuwt zichzelf

Homo-stellen doen alles om hun kinderwens te kunnen vervullen, zo suggereert Dorien Pessers. In haar kruistocht tegen hedendaags narcisme schuwt zij demagogie niet, concludeert José Smits….

JOSE SMITS26 september 1997, 0:00

HET is niet moeilijk mee te gaan in de verontwaardiging over hedendaags narcisme zoals Dorien Pessers die regelmatig beschrijft in haar column. Haar laatste demagogische voorbeeld was de homoseksuele hoogleraar die een kind bestelt bij de vrouw van een collega, en zijn moeder met de dagelijkse zorg belast, omdat hij het druk heeft met zijn werk (Forum, 23 september).

Eerder hekelde zij de twee homoseksuele mannen die in de Verenigde Staten een zwart kind kochten bij de moeder, verzwegen dat ze als homo’s samenwoonden en voor de Amerikaanse autoriteiten veinsden dat een van de twee de vader is.

ADVERTENTIE

En dan was er de spermadonor die tientallen Opzij-lezeressen benaderde voor seks, het ziekenhuis dat met het (besmette) zaad van één donor meer dan honderd vrouwen insemineerde. Pessers geeft ons met regelmaat een rondleiding in het moderne griezelhuis van ‘zelfbeschikkers’.

Pessers verbindt aan die specifieke voorbeelden sterke oordelen. Alle spermadonoren zijn ‘waarschijnlijk psychisch gestoord’. Gynaecologie en bio-industrie zijn op één lijn te stellen. Wensouders doen er alles aan de biologische ouder buitenspel te zetten. In deze ‘dolgedraaide zelfbeschikkingsideologie’ is het belang van kinderen verdwenen.

Blijft het betoog overeind als er minder extreme voorbeelden worden aangehaald? Het had voor de hand gelegen om als voorbeeld eerder de huiselijke omstandigheden te beschrijven van lesbische moeders die elkaars kinderen willen adopteren en daarvoor naar de rechter stapten.

In dezelfde bijdrage waarin Pessers het geval beschrijft van de homoseksuele hoogleraar en zijn ‘psychoseksuele wespennest’, haalt ze ook het recente arrest aan van de Hoge Raad waarin deze het recht op adoptie voor de lesbische moeders afwijst. Pessers moet dus evengoed dit ‘normaler’ voorbeeld van modern ouderschap kennen.

Bij deze wordt dat verzuim goedgemaakt. De vier vrouwen die naar de rechter stapten, hebben kinderen verwekt met zaad van een donor. Bij een stel is de man bekend voor de kinderen; bij het andere stel niet. De kinderen zijn niet bij dezelfde moeder verwekt. De moeder die voor het ene kind de biologische is, is voor het andere kind de meemoeder en omgekeerd.

Omdat nu alleen een juridische band mogelijk is met de biologische moeder, heeft die situatie betekenis voor de verhouding tussen de kinderen. Juridisch gezien zijn ze geen broer of zus van elkaar. Voor het recht wonen hier twee eenoudergezinnen toevallig onder een dak.

Het gezin en de sociale omgeving waarin ze verkeren ervaren dit anders. Het consultatiebureau, de huisarts, de school, de sportclub van de kinderen en de wederzijdse familie, zal de moeders erkennen als ‘ouders/verzorgers van’. De sociale dienst zal, mocht er sprake zijn van een uitkering, er niet aan twijfelen dat hier mensen wonen, ‘als ware zij gehuwd’.

De regering wil de sociale ouder in de toekomst het recht geven op ‘medegezag’. Dat betekent dat de niet-biologische moeder juridisch zeggenschap krijgt over de kinderen tot ze meerderjarig zijn. De procederende vrouwen vinden dat onvoldoende omdat medegezag beperkt is en omdat het de juridische verhouding tussen broertjes en zusjes niet regelt. Adoptierecht is vollediger omdat het de juridische status van een biologische ouder geeft.

De procederende vrouwen trekken een vergelijking met mannen die, hoewel ze niet de verwekker zijn, kinderen mogen adopteren als ze getrouwd zijn met de biologische moeder van die kinderen. Adoptie verbreekt in zo’n geval de band met de biologische vader en geeft juridische status en afstammingsrecht aan de sociale vader. Ook bij adoptie van buitenlandse kinderen wordt de juridische band met de biologische ouders verbroken.

De Hoge Raad wees het verzoek van de lesbische moeders op het adoptierecht af, omdat dit in strijd wordt geacht met het afstammingsrecht waarin sprake is van twee biologische ouders. Adoptie door heterostellen houdt dat als fictie in stand. Adoptie door homo-ouders kan niet uitgaan van de fictie dat de juridische ouders de biologische zijn.

De Hoge Raad suggereert dat adoptie mogelijk is als ‘recht wordt gedaan aan de biologische band tussen kind en donor’. De Hoge Raad werkt die interessante suggestie helaas niet uit in het arrest. Is de voorwaarde ingegeven door de zorg voor het kind dat minder problemen zou krijgen, als het zijn biologische afstamming kent? Die zorg is een terechte. Of is de voorwaarde ingegeven door een juridische redenering gebaseerd op het strikte afstammingsrecht?

De praktische problemen laten zich raden. Als de donor anoniem is, krijgt de sociale ouder dan geen adoptierecht? Wordt het daarmee niet louter een chantagemiddel om de anonimiteit van spermadonoren op te heffen die via ziekenhuizen leveren? En is dat dan in het belang van de kinderen? Bij de procederende moeders zou het ene stel wel adoptierecht krijgen en het andere niet.

Pessers is blij met de suggestie van de Hoge Raad omdat het leidt tot juridische driehoeksverhoudingen met complicaties die een ontmoedigend effect zullen hebben. ‘Er is geen beter voorbehoedmiddel te bedenken tegen narcistische voortplanting’, schrijft ze. Dat standpunt gaat uit van het idee dat recht het gedrag van mensen moet sturen. Idealer en in ieder geval realistischer is dat recht het gedrag van mensen volgt.

Het gruwelbeeld van de hoogleraar met zijn tamagotchi, de spermadonor die in het wilde weg ejaculeert, en de homoseksuele mannen op kinderroof is zo schel, dat het het zicht ontneemt op de consequenties van haar standpunt voor heteroseksuelen.

Pessers wil dat de suggestie van de Hoge Raad om de biologische band in stand te houden ook na adoptie, ook moet gelden voor heterostellen. Dat zal, als het een eis wordt, adoptie van buitenlandse kinderen onmogelijk maken.

Pessers is lid van de commissie Kortmann die de regering binnenkort adviseert over wijziging van het adoptie- en afstammingsrecht. Het maakt razend nieuwsgierig naar het oordeel van de voltallige commissie op dit punt.

José Smits is redacteur van de Volkskrant.